Ik ben 26 jaar en samen met mijn vriend hebben we een grote wens: een kindje krijgen. We gaan aan de slag en ‘klussen’ wat af. Een zwangerschap blijft uit, elke maand word ik ongesteld. Na een heerlijke vakantie samen waarin we vrijwel dagelijks ‘het’ gedaan hebben, word ik ongesteld. Ik stort in. We zijn een jaar bezig, we hebben zoveel en zo vaak gevreeën de afgelopen maand, waarom lukt het nou niet? Mijn vriend heeft het vermoeden dat er bij hem iets niet goed zit. Het onderzoek bij de huisarts slaat in als een bom: nauwelijks een levende zaadcel te vinden. De kans op een spontane zwangerschap is nihil. ICSI is de enige mogelijkheid. We doen twee pogingen met als resultaat twee keer twee mooie embryo’s, die worden teruggeplaatst. Ik voel elk steekje in mijn buik en telkens voel ik dat ik een embryo verlies. Voor de testdatum word ik telkens ongesteld. Na twee pogingen is het emotioneel genoeg geweest. Ik ben op en voel me slecht door alle hormonen. Ik ben nog geen 30 jaar. Een toekomst zonder kinderen wacht op ons. De relatie strandt.
Ik ben 36 jaar. Mijn grote wens is mama te worden. Ik ben single en oriënteer me op het alleenstaand moederschap. Via een website kom ik in contact met homostellen en hetero-mannen die zaad willen donoren in ruil voor een zekere mate van contact met het kindje. Ik ontmoet een aantal mannen, waarvan eentje er uit springt. De klik blijkt wederzijds en we krijgen een relatie. Hij heeft al een zoontje en wil graag nog een kindje. Na drie maanden al ben ik zwanger! Joepie, het kan! Na al die jaren vruchteloos proberen, is het zover: zwanger! Vier dagen later krijg ik ernstige kramp en een dag later volgt een miskraam. We proberen opnieuw zwanger te worden, maar dat lukt niet. De relatie gaat over.
Ik ben 38 jaar. Met een nieuwe donor probeer ik een kindje te krijgen. Van te voren hebben we afspraken gemaakt over de mate van contact tussen kindje en donor. Een aantal inseminaties volgen. Elke keer word ik ongesteld. Ik ontmoet op vakantie een leuke man. Al snel vertel ik hem van mijn grote wens. We krijgen een relatie. Het is nog pril en de inseminaties zet ik door. Het wordt steeds moeilijker: wat nu als ik zwanger raak van de donor? Ik besluit de inseminaties te stoppen.
Ik ben 39 jaar. Na onderzoek bij mijn vriend blijkt dat de kans op een spontane zwangerschap klein is. De geschiedenis herhaalt zich. ICSI is de behandeling die aangewezen lijkt. Ik zie er enorm tegenop. Ik weet het nog te goed: de traumatische puncties, de enorme emotionele impact, het langdurige herstel van de hormonen. We besluiten de ICSI behandeling niet te gaan doen. Via belangenvereniging Freya en de bijeenkomsten die worden georganiseerd, hoor ik voor het eerst over eiceldonatie. We oriënteren ons in het voorjaar in de Spaanse zon op eiceldonatie. We bezoeken twee klinieken en we besluiten met een kliniek in zee te gaan. Toch een kindje, “the easy way” zoals de Spaanse dokter het uitlegt.
Ik ben 40 jaar. In het najaar gaan we terug naar Spanje. We knopen er een vakantie aan vast. Missie: terug van vakantie met een gevulde buik. Op de dag van de terugplaatsing blijken de embryo’s van onvoldoende kwaliteit te zijn om terug te plaatsen. De dokter vermoedt dat het zaad de boosdoener is, waardoor de deling niet goed is verlopen. Met een lege buik keren we verdrietig terug naar huis. Ik besluit toch nog een keer ICSI te willen proberen. In het buitenland blijkt de punctie onder narcose te gaan en dat durf ik wel. Met de kerst zijn we op Cyprus. We gaan voor een tandem-behandeling: ik doe ICSI en de eiceldonor eveneens. Zo hebben we meer kans op mooie embryo’s. Ook besluiten we gebruik te maken van een zaaddonor. We zoeken in de spermabank van Cryos in Denemarken bewust naar een bekende donor. Dan kunnen we ons kindje later vertellen over de herkomst van de zaadcel. Kort voor de terugplaatsing blijkt dat Cryos nooit geleverd heeft aan de kliniek op Cyprus. Met welk zaad mijn eicellen en die van de donor zijn bevrucht, blijft onduidelijk. De kliniek houdt vol dat ze wel samenwerken met Cryos: “You have to trust us”. Op de dag van de terugplaatsing besluiten we alleen het embryo uit de ICSI behandeling terug te plaatsen, bestaande uit in elk geval mijn eicel. Ik bel de doktersassistente: het HCG is lager dan 1. Wat een domper.
Nog dezelfde dag leg ik contact met een arts in België voor een second opinion en besluit ik me op te geven voor de cursus “Fertility yoga en voeding” bij Rika Lukac. Ik had haar boek “Innesteling” gelezen en wilde graag de cursus gaan doen. In een paar middagen werd heel veel verteld en oefende ik de yoga-houdingen. Thuis ga ik door met de oefeningen, start ik met het nemen van supplementen en superfoods en passen we onze voeding aan. Kokosolie doet zijn intrede in onze keuken en badkamer. We aten al biologisch vlees, maar leren nu ook graasvlees kennen en we stappen over naar biologische groente. De synthetische schoonmaakproducten worden verruild voor biologische alternatieven en mijn make-up vervang ik door natuurlijke varianten. Via Rika kom ik terecht bij een electro-acupuncturist die vaststelt dat ik een bacterie bij me draag, die miskramen kan veroorzaken, en dat ik een overschot heb aan inentingsstoffen. Ik krijg minuscule korreltjes mee om in te nemen. Bij het volgende consult blijken de klachten verholpen. In België krijgen een uitgebreid consult bij de gynaecoloog. Naast onder meer bloedonderzoek volgt een echo en een mammografie. Op de echo is mogelijk een afwijking aan mijn baarmoeder te zien. Om uitsluitstel te verkrijgen onderga ik een MRI-scan en een hysteroscopie. Ik blijk een septum (tussenschot) in mijn baarmoeder te hebben, precies op de plek van de innesteling. “De perfecte baarmoeder om niet zwanger te worden” aldus de arts. Ik word geopereerd en het septum wordt verwijderd. De hysteroscopie die volgt laat zien dat niets een zwangerschap meer in de weg staat. Aangezien in België de puncties ook onder verdoving plaatsvinden en de arts nog mogelijkheden ziet voor ICSI besluiten we wederom voor ICSI te gaan met zaad van een donor. De eerste poging levert twee mooie embryo’s op die worden teruggeplaatst. Ik bel de dokter: het HCG is lager dan 1. Een tweede poging volgt. De follikels groeien heel snel. Na de punctie komt de dokter langs: er zitten geen eicellen in de follikels. Geen enkele. De poging is opeens over.
Ik ben 41 jaar. Na drie nieuwe ICSI pogingen sta ik met lege handen. Het trauma van de vorige ICSI behandelingen is geheeld: de afgelopen puncties verliepen prettig en ik voelde geen pijn. Ik heb nauwelijks last van de hormonen gehad en herstelde snel. De grote wens blijft. We besluiten terug te gaan naar Spanje. We gaan voor dubbele donatie. We worden door de kliniek op de hoogte gehouden van de vorderingen: zoveel eicellen, zoveel bevruchtingen, zoveel embryo’s. Eén embryo wordt teruggeplaatst. Ik bel de doktersassistente: het HCG is lager dan 1. Wat een klap. Ik blijf vertrouwen houden dat mijn grote wens zal uitkomen. De vraag is alleen wanneer. Ik put hoop uit de verhalen van lotgenoten, die soms na heel veel jaar en heel veel pogingen zwanger raken. Ze sporen me aan moed te houden en niet op te geven. Wat fijn om hen live en via de digitale weg te leren kennen. Ook krijg ik van hen tips over mogelijke oorzaken en onderzoeken. Ik besluit een beetje menstruatiebloed op te sturen naar een kliniek in Athene voor onderzoek. Het eerste sample raakt zoek, het tweede arriveert gelukkig wel en wordt onderzocht. Ook hieruit blijkt van een (andere) bacterie en een infectie, waar mijn vriend en ik allebei een langdurige antibiotica kuur voor krijgen. Mijn cyclus is compleet in de war sinds de laatste poging. Het wachten is op meer regelmaat voor we weer verder kunnen.
Ik ben 42 jaar. Ik ben getrouwd. We hebben een nieuw huis gekocht, geschikt voor plan B: een B&B aan huis, mocht het met de plan A, de baby, onverhoopt niet lukken. Voor het eerst van mijn leven doe ik mee aan een crowdfunding. Het prachtige boek “Baby in mijn hoofd” van Ellen van der Valk, dat ik in een ruk uitlas, verdient een tweede druk. Als dank voor mijn bijdrage krijg ik een privé yogales, vlak voor ons vertrek. Ik krijg van haar nieuwe yoga-en ontspanningsoefeningen en we nemen de natuurlijke ademhaling door. Wat een prachtige aanvulling op de weg die ik ben ingeslagen. Thuis bij het doen van de omgekeerde houding raak ik als vanzelf in gesprek met mijn baarmoeder. Wat een waardevolle en bijzondere ervaring.
Een dag later vliegen we naar zonnig Alicante. We hebben een heerlijke dag aan het strand en genieten van een grote ijscoupe en een uitgebreid diner op het terras bij ons favoriete restaurant. Vakantie. Op zaterdag is de terugplaatsing. Dit keer een terugplaatsing in mijn eigen cyclus en dus met minder hormonen dan anders. We besluiten de twee overgebleven embryo’s, op advies van de dokter, allebei terug te plaatsen. Zowel direct voor als direct na de terugplaatsing krijg ik een acupunctuurbehandeling. De rest van de dag vermaken we ons (in de schaduw) op het terras aan het strand. Wat een heerlijke dag! We zijn nu met z’n viertjes! Ik doe trouw mijn yoga-oefeningen en volg de voedingstips van de acupuncturist op. IJscoupes en uitgebreide diners zijn uit den boze. De nadruk dient te liggen op warm eten. Op maandag heb ik een beetje roze bloedverlies. Innestelingsbloed? Op zaterdag doe ik een urinetest. Het streepje is minimaal, maar toch een streepje. Ik besluit mijn man nog niets te zeggen. Op maandag doe ik opnieuw een urinetest. Het streepje is minimaal, maar duidelijker zichtbaar dan zaterdag. In de ochtend ga ik naar het ziekenhuis voor een bloedtest. Op mijn werk bel ik naar de doktersassistente: het HCG is 287!!! Ik ben in shock en weet niet wat te zeggen. Ik ga die dag vroeg naar huis. Ik ben helemaal van slag. De enorme blijdschap blijft uit, ik kan het nauwelijks geloven en mijn man evenmin. Na al die jaren: zwanger! Het blijft zo onwerkelijk, maar het is ook heel leuk!
Ik ben 42 jaar en 5 weken en 1 dag zwanger. Gisteren deed ik een urinetest: de streep kwam snel en is overduidelijk. Wat leuk om na al die jaren van OMO witte testen nu eens een lekkere overtuigende streep te zien. De blijdschap kan ik nog niet voelen. Vertrouwen heb ik wel. Vertrouwen op een goede afloop, op een voldragen zwangerschap. Op een levensvatbaar en gezond kindje dat ik over ongeveer 9 maanden verwacht. Elke dag maak ik contact met mijn baarmoeder en met het nieuwe leven dat in mij groeit. Ik dank onder meer de kosmos en mijn vader in de hemel voor het grote wonder dat in mij groeit. Ik glimlach heel veel: naar mijn baarmoeder, naar het nieuwe leven. Hoe blij en dankbaar ik ben. Hoe welkom dat nieuwe leven is. De blijdschap gaat komen. Dat weet ik zeker. En ik schiet vol.
Geschreven door Tes, 42, getrouwd, kinderwens sinds 2000, miskraam, icsi, zwanger
Geef een reactie